Wat maakt vogels zo interessant?

Wat_maakt_vogels_zo_interessant

Auteur
Marcel Boer

Illustraties
Jos Zwarts

Uitgave
KNNV Uitgeverij 2020
174 pagina’s, 14 x 21,5 cm
ISBN 978 90 5011 750 0
€ 17,50

Wat maakt vogels zo interessant?

De bijzondere leefwijze van vogels

Eén van de aangenaamste geuren is die van oude boeken: rook, hout, aarde. Helaas ruik ik dat bij nieuwe boeken zelden meer. Toch vind ik papieren boeken nog steeds veel prettiger dan e-books. Voor ‘Wat maakt vogels zo interessant?’ zou ik een uitzondering willen maken: dit boek staat zo boordevol namen en feiten, dat er op papier nauwelijks een index van te maken is. Daarom zou een elektronisch boek met zoekfunctie uitkomst kunnen bieden, maar dat is er niet.

De fervente vogelaar Marcel Boer heeft in de loop van vele jaren talloze gegevens verzameld over vogels. Hoe zijn ze ontstaan? Hoe kunnen ze vliegen? Waarom zijn ze zo veelkleurig? Over de zang van vogels en over hun zintuigen, gedrag, leefgebieden, vogeltrek, voortplanting. Het is een meeslepende samenvatting van alles wat over vogels bekend is.

Wie regelmatig vogels ziet, zo bevestigt de auteur mijn opvatting die ik via Vogeldagboek wil uitdragen, is opgewekter en heeft minder last van stress en depressies. Als je dan ook nog het gedrag van vogels begrijpt, geeft dat een extra dimensie. Vogels kunnen denken, schrijft Boer, leren en plannen maken, ze hebben een goed geheugen, kennen pijn, empathie, verdriet en plezier.

Vogels hebben ook jeuk, las ik tot mijn verbazing, als tijdens de rui de pennen doorkomen. Hun ademhaling is uniek met negen luchtzakken. Hun hartslag is veel sneller dan bij zoogdieren: een zwaan in rust heeft 85 slagen per minuut, als hij vliegt wel 335. Een kolibrie? Kan oplopen tot 1260 slagen (!) per minuut. De hersenen van een vogel zijn veel compacter dan van zoogdieren. Een goudhaantje heeft 64 miljoen neuronen, vijfmaal meer dan een muis die even grote hersenen heeft. De reactiesnelheid van vogels is groot: hun zintuigen en hersenen functioneren tienmaal sneller dan die van mensen.

Ook het hoofdstuk over de voortplanting levert boeiende info op. Auerhanen kunnen zo’n hoog testosterongehalte hebben, dat ze alles achtervolgen en bespringen, tot paarden, mensen en auto’s toe. De copulatie van de meeste vogels duurt maar een paar seconden. Maar heggenmussen doen dat dan wel honderd keer per dag. De vasapapegaai uit Madagaskar paart anderhalf uur. De enige soort waarbij orgasmes zijn vastgesteld, is de roodsnavelbuffelwever uit Afrika. Homoseksualiteit komt, vooral in sociale kolonies, bij vijf à tien procent van de populatie voor.

Dit boek is een aaneenschakeling van wetenswaardigheden over vogels. Bijna ongelooflijk dat iemand dat allemaal bijeen heeft weten te brengen. Met aan het slot de constatering van evolutiebiologen dat de mens bezig is zijn eigen leefomgeving te vernietigen. Als het tempo van destructie doorgaat zoals ik dat in mijn ruim zeventig jaren heb meegemaakt, zal Machiavelli gelijk krijgen: dan zal de aarde zichzelf reinigen. Maar eerst wel even dit overweldigende feitenrelaas met aangename illustraties tot u nemen!

AdG, 16 september 2020