Nov03_10

Maandag 10 november 2003 – Kleine zwaan 714A eenzaam maar niet alleen

Hoe lang zou het verdriet duren van vogels die een verbintenis voor het leven aangaan, als hun partner er niet meer is? Dat vroeg ik mij af toen ik vanmorgen, en vanmiddag opnieuw, kleine zwaan met de gele halsring 714A in de Oostbroekpolder zag zitten, beide keren een beetje aan de rand van een flinke groep soortgenoten.

Het weerzien met zo’n herkenbare vogel geeft een enigszins opwindend gevoel van: ‘we kennen elkaar, hebben elkaar lang niet gezien, leuk elkaar weer te ontmoeten’. Die vogel weet dat uiteraard niet, die zat zich vol te vreten met dat sappige Engelse raaigras dat steeds meer op weilanden wordt gezaaid, goed voor koeien, zwanen, ganzen en eenden maar slecht voor bloemen, kruiden en alle andere vogels omdat er nauwelijks nog wat anders tussen kan groeien. Zwaan 714A had trouwens een gezwelletje aan de linkerkant van zijn kop. Zijn gele ring was ten opzichte van vorig jaar voor mijn gevoel verbleekt.

Kleinezwaan714A_101103

‘Oude bekende’ kleine zwaan 714A (Cygnus bewickii – Bewick’s Swan) voor het vierde achtereenvolgende jaar ten noorden van Benthuizen. Eromheen smienten.

Op 29 november 2000 zag ik 714A, een mannetje, met zijn vrouw 711A voor de eerste keer, in de Benthuizer Noordpolder. Ze zijn beide op 6 maart 1996 geringd in het Drenthse Gasselterboerveenschemond. In 2001 heb ik ze zelfs gefilmd toen ze aan het baltsen waren. Maar vorig jaar, op 4 en 5 november, en ook deze keer, was hij alleen, zijn partner is er niet meer.

Uit de gegevens blijkt dat ze in de winter 1997/1998 ook in dit gebied waren en vervolgens naar Engeland, in de buurt van Welney, zijn gevlogen. Daar zaten ze ook in de winter van 1999/2000. In de winter van 2000/2001 zijn ze via de Benthuizer Noordpolder naar Zeeland gevlogen en hebben daar de winter doorgebracht. Gezien zijn reisgedrag mag je aannemen dat de vogel ook dit jaar maar een paar dagen hier verblijft om daarna naar elders te vertrekken.

Kleinezwaan714A_101103E

De zwaan (Cygnus bewickii – Bewick’s Swans) zat meestal wat apart, op de foto loopt een groepje kleine zwanen voorbij.

Kleinezwanen101103

Kleine zwanen (Cygnus bewickii – Bewick’s Swans) in de Oostbroekpolder, met ertussen een juveniele knobbelzwaan. Op de achtergrond de Weipoort.

Het aantal kleine zwanen begint geleidelijk aan toe te nemen. In de Oostbroekpolder zaten er 37 waarvan 2 juveniele vogels, in de Westbroekpolder 19 en in de Drooggemaakte Grote Polder in Stompwijk 21. Nog weinig jonge vogels dus. Verder o.m. een slechtvalk bij de hoogspanningsmasten langs de Vierheemskinderenweg, ’s middags zat vrouw slechtvalk op een paal in De Wilck en liep er een grote zilverreiger rond. In de ‘Geerpolder’ een eerste grote groep kolganzen: 240.

Starrevaart_vogels101103

Grote aantallen vogels boven de Starrevaart.

Bij aankomst op de Starrevaart viel meteen het grote aantal goudplevieren op, ik telde er 2460. Ook erg veel kieviten, maar nadat ik tweemaal was begonnen met tellen en de vogels telkens opvlogen voor passerende roofpieten, heb ik de moed opgegeven. Verder o.m. 10 zwarte ruiters, op het slik alleen al 44 watersnippen, weer 7 bonte strandlopers, 1 kleine strandloper en 1 waterpieper, bij de parkeerplaats 20 staartmezen en erboven 3 rosse vleermuizen. En ten slotte voor de geschiedschrijving: 10 november, volop zon, bladstil, rond de 13 graden! Zéér aangenaam.