Donderdag 19 februari 2004 – Vette twintigponders en gigabrasems

Drie dagen waren vissers met zegens beziggeweest te onderzoeken wat voor vissen er allemaal op de Starrevaart leven. Vandaag werd de buit, die in netten op de plas was bewaard, aan wal gebracht en werd bevestigd wat al min of meer duidelijk was: geen geschakeerd vissenbestand maar wat een enorme joekels van vissen!

Niet zo groot als vanaf de kant was gedacht (visserslatijn…), maar zelfs de beroepsvissers waren verrast door brasems van 60 centimeter lang, zo groot hadden ze ze zelden of nooit gezien. Verder grote snoeken en vooral een groot aantal karpers, een aantal daarvan was zo’n 75 cm lang en woog vet in de twintig pond. Verder wat blank- en rietvoorn en wat baars, waaronder wel een hele flinke.

Het is afwachten hoe de visstand zich op de Starrevaart gaat ontwikkelen nu een flink portie naar elders is gebracht. Vooral brasems zijn grote woelers die plantengroei geen kans geeft. Maar ook karpers en zeker van die grote jongens hebben honger, ze zoeken hun voedsel vooral in en op de bodem en eten kleine visjes.

Ook de grootste snoeken zijn uit de plas gehaald (maar wie weet hoeveel er niet gevangen zijn) in de hoop dat kleine vis als voorn wat meer kansen krijgt, en dat ook jonge geoorde futen e.d. groot kunnen groeien want die staan hoog op de menukaart van de snoek.

In mijn jonge jaren heb ik best wat brasems aan de haak gehad (ik vis nu niet meer), maar dat stond in geen enkele verhouding tot de brasems van de Starrevaart. Wat ik nooit geweten heb, is dat je verschil tussen mannen en vrouwen brasems kan zien. Mannen hebben (tijdens de paaitijd) witte stippen op hun lichaam, vooral op de kop zijn ze goed zichtbaar. Op de foto beneden een vrouw brasem zonder stippen, haar dikke buik vol met kuit valt wel op. (Up Abramis brama – Bream, male with dots; below female.)

Een mooie blankvoorn (Rutilus rutilus – Roach).

Snoeken (Esox lucius – Pike) hadden er vandaag een hekel aan zich goed te laten fotograferen.

Een boeiende dag was het, dat is zeker, weinig vogels gezien (2 grutto’s, 1 bonte kraai, het vrouwtje grote zaagbek, 4 bonte strandlopers en de Hamble Point scholekster) maar om van zo dichtbij zulke grote vissen te zien, was bijzonder interessant. Hoe oud zouden die karpers zijn? Behalve dat de vissen gemeten en gewogen zijn, zijn er ook schubben van karpers voor nader onderzoek meegenomen. Net als bij bomen hebben die jaarringen, ik ben benieuwd wat de uitslag van het onderzoek zal zijn.

Ja, en dan die karpers, tientallen, goed voor honderden kilo’s, enorme vissen met prachtige schubben en vier tastdraden aan hun bek. Op de foto karper (Cyprinus carpio – Carp) in de teil, door een merkwaardige lichtval met opvallende kopkleuren.



Aan twintig pond spartelende spier (Cyprinus carpio – Carp) heb je je handen vol!

Alle vissen werden gewogen en gemeten: beroepsvisser Bram van Wijk uit Groot-Ammers legt een karper (Cyprinus carpio – Carp) op de weegschaal.

Er werden ook wat baarzen (Perca fluviatilis – Perch) gevangen, dit was een groot exemplaar.