Veldgids Roofvogels

Veldgids Roofvogels

 

Auteur

Benny Génsbøl

Illustraties

Bjarne Bertel

Vertaling

Ger Meesters

Uitgave

KNNV Uitgeverij, Zeist

2005, 402 pagina’s

15 x 22 cm, harde omslag

ISBN 90 5011 196 3

Prijs

€ 34,95

Veldgids Roofvogels

Veldgids Roofvogels_1
Willekeurige pagina met tekeningen

BESPREKING

Tegen het zwerk zweeft een stip. Onmiskenbaar een roofvogel. Meestal is de vogel al weer snel uit beeld. In die korte tijd moet je proberen iets van het verenkleed te onderscheiden (wat op grote afstand moeilijk is), hoe groot de vogel is (elke soort kent variaties in grootte) en letten op de manier van vliegen.

Vogelaars die snel met zekerheid de vogel determineren, zal ik enigszins wantrouwig aankijken. Vogelaars die niet zo gauw een mening hebben maar proberen elk stukje informatie uit de vogel te halen, zijn de beste. Want het is een van de moeilijkste onderdelen van het vogelen: het herkennen van vliegende roofvogels. Een vergissing is zó gemaakt. En vaak lukt het niet met zekerheid de vogel te determineren.

De afgelopen decennia is er enorm veel kennis over roofvogels verzameld. Voortbordurend op het pionierswerk van o.a. Dick Forsman heeft de Deen Benny Génsbøl al die wetenschap gebundeld in een werkelijk indrukwekkend Deenstalig boek, dat meteen in het Nederlands is vertaald, de Veldgids Roofvogels. Ik voorspel dat dit boek een gouden toekomst tegemoet gaat.

Waarom? Het boek bevat een schat aan gegevens, in beschrijvende vorm, van de 49 in Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten voorkomende roofvogels. In het determinatiegedeelte staan honderden tekeningen van de soorten plus vergelijkende afbeeldingen met andere soorten. De schetsen zijn wat ‘primitiever’ dan in bijv. de ANWB-Vogelgids, waardoor de verschillen tussen de verenkleden benadrukt wordt.

Alleen al van de buizerd telde ik zo’n veertig tekeningen. Krijg je daarmee een compleet beeld van de buizerd? Nee, nog niet eens, in de Zouweboezem zag ik onlangs twee ‘witte’ buizerds met koptekeningen die in de Veldgids niet voorkomen.

Maar dat schrijft Génsbøl ook: hij heeft het aantal kenmerken beperkt tot de noodzakelijkste voor een zekere determinatie. Zelfs dan nog was het bijvoorbeeld bij keizerarend en steppearend nodig om dertig verschillende kenmerken over verenkleed en proporties te geven om ze van elkaar te onderscheiden, zo lastig is het allemaal.

Deze recensie zou veel te lang worden als ik al mijn aantekeningen zou uitwerken die ik bij de bestudering van het boek heb gemaakt. Daarom nu verder in glijvlucht langs de indeling van het boek.

In de inleiding komen algemene aspecten aan de orde zoals zintuigen (het fenomenale gezichtsvermogen), vleugels, staart en poten, het voedsel en hoe dat gevangen wordt (de enorme kracht die ontstaat door in de laatste seconden de poten naar voren te werpen), de spectaculaire roofvogeltrek, over balts, broeden en opgroeien van jongen, over gifstoffen, (het verloren gaan van) biotopen, vervolging en de huidige stand van zaken van de soorten.

In het tweede deel worden de soorten uitgebreid besproken, met (meestal) mooie foto’s. Aan de orde komen verspreidingsgebied, het aantal vogels in die landen (met tabellen), de trek, leefgebied, geluid, broedgedrag, voedsel en jachttechniek. Door het gebruik van vier tinten groen zijn de verspreidingskaarten niet altijd meteen duidelijk.

Het derde deel gaat over de determinatie van roofvogels, met geheel nieuwe tekeningen en teksten gebaseerd op de nieuwste onderzoeken. De beschrijvingen van de grootte van de vogels, het verenkleed in alle stadia van de groei, de vlucht, de variaties en de vergelijking met gelijkende soorten is heel uitgebreid. En dan te bedenken dat de auteur zich ‘beperkt’ heeft!

Minpuntje: bij elke tekening staat een letter die verwijst naar de beschrijving in de tekst. Dat is prima. Jammer dat die letter tussen de tekst niet vet gedrukt is of op een andere manier duidelijk is gemarkeerd.

SAMENVATTING

De Veldgids Roofvogels geeft ongelooflijk veel en actuele informatie over alle soorten die in Europa en aangrenzende gebieden voorkomen. Uitgebreide beschrijvingen, veel foto’s en vooral de honderden tekeningen (met vergelijkingen tussen op elkaar lijkende soorten) maken dit boek tot een écht waardevol naslagwerk voor alle roofvogelliefhebbers.

23 mei 2005