Veldgids Nederlandse flora

Schrijver
Henk Eggelte

Illustraties
Dagny Tande Lid, Annelies Ebregt e.a.

Uitgave
KNNV Uitgeverij, Zeist
2007, 480 pagina’s, 23,5 x 14,5 cm
ISBN 978 90 5011 261 1

Prijs
€ 35,95

Veldgids_Nederlandse_flora.jpg

5e volledig herziene en uitgebreide druk

Over de oorspronkelijke uitgave van deze flora was ik erg enthousiast (zie hieronder bij Recensie eerste druk). De vijfde druk is nog eens flink verbeterd. Hulde aan de auteur!

Er staan maar liefst 160 nieuwe soorten in de determinatietabellen. Die zijn aan de bestaande tabellen toegevoegd, wat een forse klus geweest moet zijn. De tabellen zijn gedeeltelijk ook omgebouwd om algemene(re) plantensoorten zo ver mogelijk vooraan te zetten.

In deze druk zijn driehonderd tekeningen van planten(delen) toegevoegd. Niet alleen van de nieuwe soorten maar ook van soorten die in de eerste drukken nog niet waren afgebeeld.

Een uitstekende aanvulling is dat tekeningen zijn gemaakt bij de lijst met verklarende termen. Ook het register is danig verbeterd. In de eerste druk kon je in het Nederlandstalige register wel (bijvoorbeeld) boterbloem vinden als verzamelnaam, maar de soort scherpe boterbloem niet. Nu zijn alle soorten benoemd, wat het zoeken makkelijker maakt.

Het wetenschappelijke en het Nederlandse register zijn samengevoegd, ook al makkelijk. Op de wetenschappelijke namen is met accenten aangegeven waar bij de uitspraak de klemtoon moet worden gelegd. Allemaal verbeteringen.

Het boek is dunner geworden en toch dikker. Er is namelijk een lichtere papiersoort gebruikt, waardoor het boek 56 pagina’s dikker is geworden, maar 3 mm dunner en ruim honderd gram lichter.

8 november 2007

Schrijver
Henk Eggelte

Illustraties
Dagny Tande Lid

Uitgave
KNNV Uitgeverij, Zeist
2000, 424 pagina’s, 23,5 x 14,5 cm
ISBN 90 5011 135 1

Prijs
€ 31,95

Recensie eerste druk

Voordat ik een recensie schrijf, ‘snuffel’ ik eerst een aantal dagen aan een boek. Sleep het steeds mee van werkkamertje naar huiskamer, daar zag een kennis de Veldgids Nederlandse flora liggen. “Er staan niet eens kleuren in” was de juiste opmerking.

Een flora met alleen zwart-wit afbeeldingen van al onze ‘wilde’ planten? Inderdaad. Maar wat een heldere tekeningen (van de Noorse Dagny Tande Lid)! Trouwens, bij deze flora is het niet de bedoeling om een plant op te zoeken door plaatjes te bekijken, zoals je meestal doet met kleuren-plantenboeken, maar door ze te determineren op kenmerken.

Henk Eggelte gebruikt hiervoor een nieuwe methode, gebaseerd op een idee van John Hayward, aangepast aan onze (laagland) plantenwereld. Een methode die simpeler is dan in ‘klassieke’ flora’s en die het zelfs beginners mogelijk maakt om alle planten op naam te brengen, zo is met een proefteam gebleken.

Wat is er dan anders? Deze flora gaat uit van goed waarneembare kenmerken en de determinatiesleutels zijn veel eenvoudiger en makkelijker te volgen dan bijvoorbeeld in de ‘Heukels’ en de ‘Heimans’ (mijn editie dateert uit 1951).

Ik heb een test met de determinatietabellen genomen met de zeggen die ik vorig jaar in de Zouweboezem zag. De Hoofdsleutel bestaat uit 14 sleutels, de zeggen waren snel gevonden waarna ik werd doorverwezen naar de Groepssleutels en vandaar via ‘Stengel meestal gevuld. Geen duidelijke knopen. Bladeren lijnvormig (o.a. Zeggen)’ naar de Familiesleutel. Begrippen als knopen en lijnvormig worden in een aparte termenlijst uitgelegd.

Via de familie Cypergrassen kwam ik bij het geslacht Zegge. Je moet uiteraard steeds goed opletten dat je het juiste spoor blijft volgen, maar dan kom je ook uit waar je wezen moet: bij de oeverzegge (en geen moeraszegge, daarover twijfelde ik destijds).

Het is ook mogelijk dat je via verschillende sporen bij een bepaalde plant terechtkomt, zo is de oeverzegge bijvoorbeeld via 3 kenmerkende sporen te traceren. De plant staat dan ook op 3 verschillende pagina’s, op elke pagina is het verschil met andere planten goed te zien.

Determinatie blijft een zaak van goed kijken en goed lezen wat er in de sleutels staat. Dat in aanmerking nemend, heb ik nog niet eerder een flora, met daarin alle voorkomende planten, met determinatietabellen in handen gehad die zo duidelijk naar het doel leidt. De eenvoud van de beschreven kenmerken is het geheim van de smid. Als je in het boek eerst de werkwijze doorleest en het voorbeeld van de bosanemoon volgt, heb je de draad snel te pakken.

Kortom: een klasseboek! En dat zonder mooie, moderne kleurtjes? Jazeker, maar de talloze tekeningen en de lila-achtige steunkleur onder de Latijnse en Nederlandse plantennamen, zorgen ervoor dat het boek er fris uitziet.

Om compleet te zijn: het boek is een determinatiegids. Er worden wel essentiële gegevens vermeld over kenmerken, zeldzaamheid, voorkomen in landschapstypen en milieu, maar er staan geen uitgebreide beschrijvingen van de planten in, daarvoor heb je andere boeken nodig.

SAMENVATTING

Nog niet eerder heb ik handiger en duidelijker (door de eenvoud) tabellen gezien voor het determineren van alle in ons land voorkomende planten. De gids is ook prima geschikt voor beginnende floristen.

2 februari 2004