Apr2000_vervolg

16-30 april 2000

16 april 2000 – De Wilck e.o.

Opnieuw aan oost- en westkant vergeefs gezocht naar slechtvalken, zouden ze mét de smienten vertrokken zijn? Aan westkant De Wilck een kievitskuiken, nog heel erg mini, bij ouder die op het nest zat. In Oostbroekpolder een blauwe reiger die, midden op het weiland, heel veel moeite had met een grote vis van zeker dertig centimeter.

17 april 2000

Rommelige dag, her en der geweest. ’s Morgens ten oosten van Gemeneweg, vlak naast de weg, een lepelaar. ’s Middags even in De Wilck. Daar was een rattenvanger net klaar met z’n werk (hij had 9 bisamratten gevangen; hij had ze ook wel eens gegeten – waterkonijn noemen de Belgen ze – maar vond ze niet echt lekker), we hebben een halfuurtje gekletst. Zo’n man, die de hele dag in het vrije veld is, maakt natuurlijk van alles mee, zoals een tijd geleden twee vechtende boomvalken; heeft ze uit elkaar gehaald en een ringnummer doorgegeven. Had wat kievitsnesten en een gruttonest gezien, diverse plukplaatsen van – waarschijnlijk – de slechtvalken. Hij dacht dat Staatsbosbeheer vrijdag (nesten) geteld had in De Wilck. We bleken enkele gemeenschappelijke kennissen onder vogelaars te hebben.

Email van Aad Z: Dat verhaal van die boomvalken ken ik heel goed. Misschien dat hij mij niet goed van naam kent, maar hij en zijn collega hebben dat samen meegemaakt. En aan mij dat ringnummer gegeven. Dat was in 1995. Ik heb de gegevens van ring toen doorgegeven aan het Vogeltrekstation in Heteren.

18 april 2000 – Starrevaart

Eindelijk eens de twee ransuilen aan het Noord Aa tegelijk gezien: beide onder in de struik. ‘k Ga de komende dagen tegen het donker luisteren of ik jongen hoor roepen. Guido A. kwam net langs fietsen, heeft uilen ook bewonderd. Je moet echt weten waar ze zitten, anders zie je ze niet. Guido had in bosuilennestkast achter groene loods holenduiven gezien. Boven De Wilck 3 wulpen.

In Meeslouwerplas en in het omringende riet en de grienden veel fitissen, drie zwartkoppen (2 man), 2 rietzangers, een rietgors en 2 kluten. Op Starrevaart o.a. een oeverloper op buizen naast hut, 19 geoorde futen, een paartje bruine kiekendieven, 1 lepelaar, 3 bergeenden, geen pijlstaarten. Tussen de tientallen jonge grauwe ganzen zwommen 7 jonkies van de nijlgans.

Diverse geringde vogels. Aanwezig was weer de scholekster met blauwe ring en daaronder groene ring met een streep. Verder een jonge meeuw (denk eerstejaars zilvermeeuw) met om linker tarsus een hoge witte ring met (enkele malen) de letter E. Onvolledige ringwaarnemingen: scholekster linker tibia metalen ring met eindcijfer 2, nog twee scholeksters met metalen ringen (linker tibia, rechter tarsus), kleine mantelmeeuw met om linker tarsus een groene ring, de eerste tekens mogelijk E8.

In de hut werd ik een poosje ‘onderhouden’ door een gepensioneerde jachtopziener van Duivenvoorde. In vol ornaat. Hij dacht zeker dat hij bij z’n jachtvrienden stond. Enkele opmerkingen die ik moest slikken: elk jaar raap ik zo’n honderd kievitseieren voor de lol, die geef ik weg aan vrienden die ze lekker vinden; ik heb nooit op roofvogels geschoten; met sperwers die duiven uit mijn hok kwamen roven, had ik geen medelijden, ik had een geweer, dus schoot ik ze dood; ‘k geloof niet dat de jachtopziener van De Horsten een vangkooi voor haviken heeft geplaatst zoals in de krant stond.

19 april 2000 – Starrevaart en De Wilck

Lekker in het zonnetje in De Wilck (o.a.twee visdiefjes) en op het bankje bij Starrevaart. O.a. 3 lepelaars, 2 kluten (bij uitkijktoren), 1 m zomertaling, 11 bergeenden, 1 m pijlstaart, 1 vr rosse stekelstaart, 1 m en 3 v brilduikers, 10 kleine mantelmeeuwen, een paar honderd grutto’s, 10 tureluurs, paartje bruine kiekendieven en 3 overvliegende sperwers.

’s Avonds in de omgeving wat gaan wandelen, zonder telescoop. Dom. Want toen ik toch weer in De Wilck belandde, zat daar op het weiland een slechtvalk. De grote witte borst, de donkergrijze bovenzijde (maar niet zo donker als het mannetje) en de donkere kop en baardstreep deden me aan de vaste Wilckbewoonster denken, maar zonder telescoop kon ik dat niet met zekerheid vaststellen. Zou het stel er toch nog zijn?

In Prielenbos bij Noord Aa veel fitissen, wat minder winterkoninkjes, roodborsten en tjiftjaffen, een paar koolmezen, een zwartkop, een buizerd, een grote bonte specht en bij restaurant een ransuil in de struik. De visdiefjes zie je nu zo’n beetje overal waar (veel) water is.

Grijze slechtvalk

Naar aanleiding van mijn bericht op EBNNL over waarneming op 11 april van grijze slechtvalk diverse reacties gehad. O.a.: was het geen giervalk of een toendraslechtvalk? Sjaak Witteveen had een soortgelijk exemplaar gezien op 12 maart in Reeuwijk in de polder tussen de A12 en de surfplas. Deze heeft wel van z’n prooi (eend) gegeten maar was (ook) snel weg.

Telefonisch contact gehad met Peter van Geneijgen van de Werkgroep Slechtvalken. Hij sloot een toendraslechtvalk uit omdat die ook een donkere baardstreep heeft. Hij dacht aan een hybride (kruising slechtvalk met bijv. giervalk of andere slechtvalkensoort). Dat baseerde hij op de merkwaardig egale grijskleur op bovenzijde, kop en baardstreep én op het feit dat de valk zich door kieviten van z’n prooi liet verjagen zonder te eten. Volgens hem mogelijk een ontsnapt exemplaar (heb geen ringen of riempjes gezien). Overigens is het volgens hem niet altijd gezegd dat slechtvalken met donkere borst uit Midden-Europa en met lichte borst uit Noord-Europa komen.

21 april 2000 – De Wilck en Starrevaart

Tussen tientallen tureluurs (wat zitten er toch veel in De Wilck!), kievitkuikens en andere weilandbewoners een foeragerende groenpootruiter prachtig in beeld. Een buizerd leek een prooi op het nest (in bosje rechts van de populieren) af te leveren, beide buizerds zaten daarna vlak bij het nest.

Op de Starrevaart (tussen 11 en 12.15 uur) 15 fraaie dwergmeeuwen en een zwarte stern. Verder o.m. 2 v brilduikers, 2 bergeenden, 2 brandganzen, 2 m en 1 v rosse stekelstaart, 3 tureluurs, overvliegende ooievaar, buizerd en sperwer. Vier bruine kiekendieven: een donkere juv, een adulte man, ad vrouwtje met ontbrekende handpennen links en een met grijs op (gave) vleugels en erg lichte kop, waarschijnlijk een oud wijfje. ‘k Was op deze veelbelovend gestarte vogeldag net begonnen de zilverkleurige ring van Exe-scholekster met één zwarte streep te ontcijferen (aan einde kleine letters SW7 en einde code een 2), toen ik onverwacht naar huis moest.

In De Wilck ’s avonds het vr slechtvalk op een paaltje, heel haar houding op nachtrust ingesteld. Opnieuw een groenpootruiter.

23 april 2000 – De Wilck

Een uurtje in De Wilck. De groenpootruiter voelt zich happy op de met madeliefjes bezaaide Wilck-weilanden. Het is een vogel die veel en graag wegduikt in greppels, slootkanten en achter polletjes, dus niet altijd makkelijk te volgen. Verder een vr bruine kiekendief.

24 april 2000 – De Wilck

Ruiters in De Wilck: ’s middags 3 groenpootruiters en 1 zwarte ruiter. Vijf overvliegende ooievaars. Druk op deze Tweede Paasdag. ’t Is eigenlijk ongehoord hoeveel mensen (wandelaars en fietsers) de verbodsborden negeren en het stiltegebied van De Wilck inwandelen of fietsen, met als gevolg steeds opvliegende, rustende vogels. Ik ben er zelf nog nooit ingegaan. De borden zijn misschien niet duidelijk genoeg, ‘k zal Staatsbosbeheer eens een brief schrijven.

25 april 2000 – Starrevaart en De Wilck

Het waren vooral de rietvogels die Ies Voogd en mij tijdens onze ‘omzwervingen’ rond de Starrevaart boeiden. Een op een rietzanger lijkend vogeltje dat met een takje in z’n bek aan het baltsen was en daarbij opvallend gele oksels liet zien, vogeltje maakte een gele indruk. Ook konden we het geluid van een andere rietvogel niet thuisbrengen; even een flits gezien, ongestreepte rug. Wél duidelijk een tiental rietzangers, een snor en een kleine karekiet bij de uitkijktoren (ook in zuidwest- en zuidoosthoek een kleine karekiet), waar ook een waterral een aanhoudend kè kè kè liet horen.

Verder o.m. een boerenzwaluw, drie gierzwaluwen en vijf oeverzwaluwen, twee bruine kiekendieven, tien bergeenden, een smient, twee vr brilduikers en een paartje rosse stekelstaarten. Tot slot een roepende koekoek. Ook in De Wilck een koekoek, verder (de) drie groenpootruiters, een Canadese gans en een visser. In Gelderswoude een tapuit. ’s Avonds in De Wilck opnieuw een koekoek, zeven groenpootruiters, waarvan er drie met luid kabaal naar het noorden vertrokken, drie zwarte ruiters, waarvan twee al met een bijna egale zwarte borst, een groepje van 28 foeragerende kemphanen, paartjes wintertalingen en krakeenden, een stuk of tien slobeenden, een lepelaar.

26 april 2000 – Noord Aa en De Wilck

’s Morgens wandeling door Noord Aa-gebied. Bij de (‘bruine’) ransuil een kleine karekiet, verderop nog een. Enkele rietgorzen, een aantal zwartkoppen en twee rietzangers, waarvan een duidelijk te bekijken. Daarbij viel het verschil met de ‘gele Starrevaart-rietvogel’ van gisteren nog eens op. Overal nu koekoeken, verder o.m. (ten minste een) groene specht, grote bonte specht (vr), uiteraard diverse fitissen, tjiftjaffen en vooral winterkoninkjes en veel fazanten. Even in De Wilck: vier groenpootruiters en twee zwarte ruiters. ’s Middags in het Westerpark genoten van het gezang van nachtegalen, de in het weekeinde gesignaleerde visarend en roodhalsfuut waren gevlogen. Ook hier groene specht(en).

De Wilck deelt volop mee in het voorjaarsvogelfeest. ’s Avonds vijf groenpootruiters (ten minste; ze vliegen regelmatig heen en weer, vaak opgejaagd door kieviten, en duiken telkens weg in het hoge gras en de greppels en slootkanten), vier zwarte ruiters waarvan drie al prachtig zwart, een regenwulp, twee paartjes zomertalingen, een paartje krakeenden en wat kuifeenden, elf kleine mantelmeeuwen, en dat alles omlijst met o.a. visdiefjes, kieviten, grutto’s, tureluurs, scholeksters en veldleeuweriken. Een torenvalk met een prooi in z’n poten werd behoorlijk hardhandig aangevallen door een stel kieviten.

27 april 2000 – De Wilck en Starrevaart

Diverse afspraken, telescoop achterin. Rond tienen een kwartiertje in De Wilck, 3 groenpootruiters, 7 regenwulpen, 1 bergeend en 1 ooievaar die de kikkerstand aan het inventariseren was. Om 14 uur 1 zwarte ruiter, 2 groenpootruiters en 18 regenwulpen. De torenvalk, die bij boerderij Die Barle broedt, kwam van het weiland met een prooi in z’n poten, heftig aangevallen (en raak!) door kieviten. ‘k Heb er nooit zo bij stilgestaan, maar een valk lust kievitkuikens waarschijnlijk graag.

Een uurtje rond de Kniplaan gestruind. Diverse rietgeluiden die ik niet kon thuisbrengen, wel duidelijk te herkennen 1 kleine karekiet, 1 snor, diverse rietgorzen en rietzangers. Een rietzanger leek sterk op de ‘gele’ rietvogel van dinsdag, z’n oksel niet te zien. Bij de toren ook weer een roepende waterral. Op de vogelplas o.a. 2 zwarte zwanen, 2 bergeenden, 1 m smient, 1 m rosse stekelstaart, 1 v brilduiker en 1 tureluur.

’s Avonds voordat het serieus begon te regenen, met Luuk P. nog een poosje in De Wilck de zwarte ruiters (2), groenpootruiters (4) en wulpen staan bewonderen. Door het donkere weer (en uiteraard de afstand) was niet te zien of het gewone en/of regenwulpen waren.

28 april 2000 – De Wilck

Weer zo’n dag met verplichtingen waardoor je niet ‘echt’ iets kan ondernemen. ’s Morgens een uurtje in De Wilck, als de zon schijnt een slechte plek door het tegenlicht. Daarom de 7 (regen)wulpen niet kunnen onderscheiden. Drie groenpootruiters. De eerste koeien werden De Wilck ingejaagd, menig vogelnest zal geplet worden.

’s Avonds een kille, mistige wind over De Wilck. Daardoor zal ik nooit weten of het een slechtvalk of een boomvalk was die een kort duel met een torenvalk uitvocht, laag over de weilanden De Wilck invloog en in de nevel neerstreek. Verder het voor deze dagen ‘gebruikelijke spul’: 4 groenpoot-ruiters, 3 zwarte ruiters, 11 regenwulpen, 2 m zomertalingen en verder 2 Canadese ganzen, 3 huismussen en diverse slobeenden.

29 april 2000 – De Wilck

Nelly bij de Koningin in Leiden afgezet, op de terugweg in De Wilck 6 groenpootruiters, 1 zwarte ruiter, 8 regenwulpen, 4 krakeenden en, ondanks het vaag mistige weer, flink wat zingende leeuweriken. De laatste tijd geen graspiepers meer gezien, wintertalingen evenmin.

30 april 2000 – De Wilck

’n Druilerige zondagmorgen, vijf vogelaars (vogeltellers?) in twee groepjes dwars door De Wilck. Elders in de polders ook nestenzoekers. O.m. 1 zwarte ruiter, 1 oeverloper en 1 gele kwikstaart.