Vogeldagboek©


Donderdag 12 augustus 2004 - Zwarte ooievaars

Uit Scherpenisse worden de meest fraaie steltlopers gemeld, maar Luuk Punt en ik besloten tijdens een van onze traditionele vakantie-uitstapjes de regen voor te blijven en naar het noorden te gaan. Tot half 2 hielden we het droog bij de Oostvaardersplassen. De luchtvochtigheid was wel erg hoog en door die 'heiigheid' viel er nauwelijks iets te fotograferen.

Ook niet de twee volwassen zwarte ooievaars met hun rode poten en rode snavels die op flinke afstand voor de Grote Praambult heen en weer vlogen, in de karakteristieke racehouding van ooievaars met naar beneden gerichte hals, kop en snavel. Ze werden 'begeleid' door een buizerd en een havik. Ik kan me niet herinneren eerder in Nederland zwarte ooievaars te hebben gezien. Het zijn broedvogels van Oost-Europa, hoewel ze wat meer naar het westen lijken te komen met broedgevallen in Frankrijk en België.

Op die Grote Praambult was het ondanks het matige zicht toch prachtig. In de verte veel roofvogels, vooral buizerds en bruine kiekendieven. Maar ook een visarend en behoorlijk dichtbij een vrouw of juveniele grauwe kiekendief met opvallende witte stuit en slanke vleugels, smaller dan van een blauwe kiekendief. Veel holenduiven en spreeuwen, grote kuddes Konikspaarden en edelherten, vele honderden.

Zwarteooievaar120804
De zwarte ooievaars (Ciconia nigra - Black Stork) vlogen op grote afstand van de Grote Praambult. Niet goed te herkennen maar toch dit 'sfeerplaatje'.

Zwartesterns120804
Langs de Oostvaardersdijk zaten behoorlijk wat zwarte sterns (Chlidonias niger - Black Tern; 2nd and 4th from the left) in winterkleed, 2e en 4e van links, tussen de visdieven.

Nog enkele opvallende waarnemingen van de 81 soorten die we hebben geturfd waren de vele (tientallen) zomertalingen en gele kwikstaarten. Ook opvallend was de afwezigheid van kleine zangers. Maar in deze tijd van het jaar zingen ze ook niet zo veel en laten ze zich slecht zien. Wel wat zwartkoppen en paapjes. Ook relatief weinig steltlopers kunnen noteren. Langs het Jan van den Boschpad nog wel een paar bosruiters en een man krooneend in eclipskleed.