De knobbelzwaan

De_knobbelzwaan

Auteur
Ton Eggenhuizen

Uitgave
Atlas Contact 2021
272 pagina’s, 15 x 22 cm
ISBN 978 90 450 3725 7
€ 24,99

Vogelserie Atlas Contact
Deel 1:  De rotgans, Barwolt Ebbinge
Deel 2:  De gierzwaluw, Remco Daalder
Deel 3:  De slechtvalk, John A. Baker
Deel 4:  De kauw, Achilles Cools
Deel 5: De grutto, Albert Beintema
Deel 6:  De koekoek, Nick Davies
Deel 7:  De spreeuw, Koos Dijksterhuis
Deel 8:  De huismus, Kees Heij en Jacques Vos
Deel 9:  De goudvink, Achilles Cools
Deel 10: De merel, Hay Wijnhoven
Deel 11: De meerkoet, Remco Daalder
Deel 12: De zilvermeeuw, Kees Camphuysen
Deel 13: De kievit, Sake P. Roodbergen
Deel 14: De raaf, Louis Beyens
Deel 15: De tapuit, Herman van Oosten
Deel 16: De bergeend, Albert Beintema
Deel 17: De Turkse tortel, Hay Wijnhoven
Deel 18: De zwarte specht, Koos Dijksterhuis
Deel 19: De zeearend, Nienke Beintema
Deel 20: De fuut, Jan Johan Vlug
Deel 21: De wilde eend, Gerard Ouweneel
Deel 22: De knobbelzwaan, Ton Eggenhuizen

De knobbelzwaan

Knobbelzwanen zijn de meest majestueuze en gracieuze vogels die in onze vogelwereld te zien zijn. Wie bewondert niet de KLM-zwaan, of de indrukwekkende houding van de knobbelzwaan als hij met opgestoken vleugels en gebogen nek door het water klieft? Houden mensen van de knobbelzwaan? Ja, natuurlijk. In Nederland schieten we er intussen wel zo’n vierduizend per jaar af. Vanwege landbouwschade.

Uiteraard besteedt de ecoloog Ton Eggenhuizen in zijn boek De knobbelzwaan (deel 22 in de voortreffelijke Vogelserie van Atlas Contact) aandacht aan dit, vaak overbodige, wildbeheer. Waarbij ook eieren vernietigd worden. Hij motiveert krachtig dat er andere en diervriendelijker manieren zijn om landbouwschade tegen te gaan. Van mij had hij sterker stelling mogen nemen tegen de wreedheid waarmee de jacht op knobbelzwanen vaak gepaard gaat.

Voorop gesteld: dit soepel geschreven boek met veel informatie over knobbel- en andere zwanen is boeiend, leerzaam en informatief. Alle aspecten van het knobbelzwanenleven komen aan bod. Met mythen uit het verleden (onze oudste zwanen komen uit de middensteentijd), met de recentere geschiedenis over het recht van de zwanendrift voor edelen en verder uiteraard over het gedrag, het voedsel en het broedgedrag van knobbelzwanen.

De sterk in genetica geïnteresseerde Eggenhuizen gaat uitgebreid in op de erfelijkheidsfactoren van de knobbelzwanen, van de ‘wilde’ knobbelzwanen en van de bleekpootzwanen, de zgn. Poolse zwanen. Ooit ontstaan door een mutatie in het erfelijk materiaal. ‘Polen’ hebben lichte poten, hun jongen hebben witte donsveren, in tegenstelling tot de zwarte poten en bruingrijze jongen van de ‘wilde’ knobbels. Hij geeft een belangwekkend relaas waarom de ‘minder sterke’ bleekpootzwanen (van Nederlandse oorsprong?) toch kunnen overleven.

Door het hele boek heen valt de versmachting van Eggenhuizen te lezen dat ‘de’ hedendaagse vogelaars menen dat de knobbelzwaan niet wild is. Hoewel ik zelf nog nooit een vogelaar een dergelijke opmerking heb horen maken, denkt de auteur kennelijk dat alle vogelliefhebbers de knobbelzwaan zien als ‘pluimvee’, als ‘parkzwaan’. Nou, ik in elk geval niet.

Aan de historie van het commerciële zwanendriften worden enkele pagina’s gewijd. Voor zo’n eeuwenoude traditie wel erg weinig. De dierenmishandelingen bij dat zwanendriften waren heel lang aanleiding tot vele protesten. Begin deze eeuw namen ze sterk toe.

In 2008 heb ik voor het eerst in Vogeldagboek geschreven over de uitwassen bij de zwanenhouderij. Het was vooral dierenarts Saskia van Rooy (haar naam had in dit boek genoemd mogen worden) die met haar onconventionele acties de politiek het laatste zetje gaf om het zwanendriften in 2018 te verbieden.

AdG, 19 oktober 2021