Uilen van Europa

 

Uilen_van_Europa.jpg

Auteurs
Theo Mebs en Wolfgang Scherzinger

Vertaling
Frank G. Rozendaal

Uitgave
Kosmos Natuur, 5e en herziene druk, 2016
320 pagina’s, 21 x 28 cm
ISBN 978 90 2156 232 2
€ 29,99

Oorspronkelijke titel
Die Eulen Europas, 2000

Hoofdstukken (globaal)
Kenmerken van de Strigiformes
Fylogenie (afstamming)
Zintuigen
Communicatie
Rust en voortbeweging
Jagen
Afweergedrag
Sociale contacten en pikorde
Balts
Voortplanting en broedzorg
Ontwikkeling van de jongen
Activiteit dag en/of nacht
Prooidierkeuze
Habitat en territoriumkeuze
Natuurlijke- en cultuurlandschappen
Slachtoffers van bijgeloof
Bescherming uit eigenbelang
Bescherming – een wereldwijde verplichting
Instandhouding van de biotoop

Uilen van Europa

De uilenbijbel van Mebs en Scherzinger is geactualiseerd, in een nieuw en dunner jasje gestoken (slimmere opmaak van de pagina’s) en mede daardoor flink in prijs verlaagd. De tekst is hier en daar aangepast, in elk geval zijn de vele storende taalfouten uit de eerste druk gecorrigeerd.

Verder valt er over deze vijfde en herziene druk niet meer te vertellen dan over de vorige editie. In het afgelopen decennium zijn er geen opvallende ontdekkingen over Europese uilen gedaan, en hun verspreidingsgebieden zijn nauwelijks veranderd: op een minieme wijziging na zijn de kaarten identiek aan die uit 2004. De waargenomen aantallen uilen zijn geüpdated.

AdG, 4 april 2016

 

Uilen zijn vogels waar een mysterieuze waas omheen hangt. Dat komt vooral door hun gedrag: ze leven voornamelijk in het duister. Na het lezen van ‘Uilen van Europa’ zijn voor mij heel wat geheimen ontsluierd en ben ik een stuk wijzer geworden over deze bijzonder boeiende vogelsoort.

In het eerste gedeelte worden algemene uilenkenmerken beschreven, in het tweede gedeelte komen alle 13 Europese soorten afzonderlijk en zeer uitgebreid aan bod.

Het boek heeft een wetenschappelijke insteek: behalve de ervaringen van de schrijvers zijn ook de uitkomsten van recente onderzoeken opgenomen en wordt er naar vele bronnen verwezen. Desondanks is het boek niet saai en laat het zich als een ‘vogelroman’ lezen. Ik heb de dikke pil met rode oortjes in een paar dagen tijd uitgelezen.

Enkele punten uit mijn notities. Uilenogen zijn verankerd, ze kunnen nauwelijks bewegen. Die starheid wordt gecompenseerd door de enorme souplesse van de halswervels die soms meer dan 270 graden kunnen roteren. Een bosuil bijvoorbeeld heeft een blikveld van 200 graden. Daarvan worden vijftig graden door beide ogen bestreken en kan de uil dus diepte bepalen. Uilen zien in het donker overigens drie tot tien keer beter dan mensen.

De kopsluier dient ter versterking en geleiding van geluidsgolven. De pluimen op de kop hebben niets met het gehoor te maken maar vervullen functies bij de balts en bij het camoufleren.

Onze wereld telt tussen de 109 en 212 uilensoorten. Dat grote verschil komt door de manier waarop ornithologen de (onder)soorten indelen. Waarschijnlijk zijn uilen nauwer verwant met gierzwaluwen en kolibries dan met roofvogels. De uil is een ‘oudje’: er is een fossiel gevonden van 60 miljoen jaar.

Uilen zijn niet bijzonder sociaal ingesteld, veel soorten eten zelfs kleinere rasgenoten op. Alleen steenuilen, de klassieke vogel van de wijsheid, vormen een paar voor het leven. Paarvorming van uilen wordt voor een belangrijk deel bepaald door economische omstandigheden, met name door het aanbod van voedsel. Allen uilengeluiden worden uitgebreid besproken.

Samenvattend. ‘Uilen van Europa’ is een magnifiek standaardwerk dat boordevol met (actuele) gegevens en met prachtige en verduidelijkende illustraties staat over alle aspecten van de dertien Europese uilensoorten. Een boek met diepgang dat je mag bestempelen als een waardevol bezit voor iedere vogelliefhebber en voor iedereen die zich met uilen bezighoudt.

AdG, 28 juni 2004 (ingekort)