Dec01_14

Vrijdag 14 december 2001 – IJsvogel boven ’t ijs

Een ijsvogel houdt niet van ijs, lijkt mij. Als het hard vriest, kan hij geen visjes meer vangen en gaat hij dood. Bekend is dat er na strenge winters weinig ijsvogels gezien worden. Dat hij, althans in het Nederlands en Duits, toch naar z’n doodsvijand is vernoemd, wordt verklaard doordat hij zich bij vriezend weer ophoudt bij wakken.

Na één nacht flinke vorst is het lang nog niet zover, en bovendien wordt volgens de voorspellingen deze kouaanval snel afgeslagen, maar ik moest er rond het middaguur wel aan denken toen ik bij de Amaliahut in het Spookverlaat een ijsvogel zag vliegen boven het dunne laagje ijs dat zich langs de kanten had gevormd.

De slootjes lagen wel helemaal dicht, de bouwlanden zagen er hard uit. Slechts op twee plaatsen kleine zwanen getroffen: in de Grote Polder bij Zoeterwoude 42 (36+6) en in de Riethoornse Polder Noord 19 (12+7). M’n ritje naar de Starrevaart moest ik afbreken: de wegen bij Zoeterwoude waren gestremd. Langs de Galgweg in Hazerswoude 4 soorten roofvogels: buizerds, torenvalk, sperwer en havik. In De Wilck het mannetje slechtvalk, het vrouwtje heb ik een week geleden voor het laatst gezien.